Door Fedor Slegtenhorst

Foto: Lodewijk Maas

Het lange paasweekend stond voor de Junioren in het teken van drie dagen koersen in Belgisch Limburg. Met Daan Hoole, Stef Zeestraten, Lennart Reijtenbach, Vincent Hoppezak, Maikel Zijlaard en Edo Maas trokken we met een sterke ploeg naar Borlo en omgeving. Ik zelf, Ron Zijlaard en mechanieker Thomas Hoole zaten weer in de auto en Daniël Hoole, Frans Hoppezak en Robbie gingen mee om de verzorging onderweg weer perfect te organiseren. Een mooi gezelschap, klaar om drie dagen koers te maken.

Starten met een sterke ploeg is natuurlijk hartstikke mooi, maar maakt het des te belangrijker om de juiste balans voor elke renner in de gaten te houden. Iedereen mag – zoals het hoort in deze categorie – koersen voor voor zijn eigen resultaat, maar tegelijkertijd speelt het ploegbelang een steeds grotere rol. Het is natuurlijk compleet anders als je start met renners die louter kunnen volgen en reageren op het moment dan als je renners hebt rijden (waaronder de nummers 2 en 3 van de UCI-ranking) die allemaal de koers ingaan om te winnen. Dan moet je afspraken maken, vooruit denken en een plan verzinnen. De kwaliteit van de renners laat dit natuurlijk ook toe. De analyse achteraf kan dan soms ook weer wat verder gaan dan alleen maar een aai over de bol. Die wordt vaak gegeven hoor, maar het kan ook weleens flink knetteren. Dat wordt dan later nog eens rustig doorgenomen en s’avonds aan tafel is de sfeer dan zoals altijd uitstekend. Het is voor mij persoonlijk als beginnend ploegleider leerzaam om daar met Ron Zijlaard over te kunnen praten. Het is een eng woord, maar van dit soort ’teamprocessen’ en hoe zich dit ontwikkelt kan ik eigenlijk bijna nog meer genieten dan van een goed resultaat.

Voor de liefhebbers verzorgden we vanuit de auto onderweg weer live-uitzendingen op Facebook. Meer dan 7500 kijkers (opgeteld alle uitzendingen over 3 dagen) konden meegenieten van de koers onderweg, de spanning in de finales en helaas ook her en der pech en een valpartij. Niks knippen of uitzenden met vertraging. Als allereerste ploeg brengen we gewoon live keiharde Rotterdamse koersrealiteit vanuit een ploegleidersauto. De slechte grappen moet je maar op de koop toe nemen.. Sorry nog daarvoor. Tegen dit soort beelden kan ook geen geschreven verslag tegenop. Onderaan het artikel vind je een link naar de uitslagen.

Wat je nergens leest is hoe de renners deze driedaagse doorkwamen en beleefden. Per renner nemen we het even kort door:

Edo Maas wint al klassiekers in Nederland, en heeft dit seizoen al knap twee zeges op zak maar koersen op internationaal niveau is nog een stapje hoger natuurlijk. Maar hij is eerstejaars, net 17 jaar en heeft groeimarge. Zijn ‘motor’ moet nog wat groter worden om met de grote mannen mee te kunnen en met dat in het achterhoofd proberen we Edo ook te laten koersen. Hij pakt dat fantastisch op en de weerstand van de grotere wedstrijden doet hem goed. Hij groeit, koerst altijd, vult zijn rol in de ploeg goed in en een paar kniewonden na een valpartij doen hem niets, joh. Dan loop ie gewoon met opgestroopte broek tot boven de knie s’avonds door het hotel te paraderen om de wonden te laten drogen om er de volgende dag weer in te vliegen. Zijn plafond ligt na dit weekend dan ook weer een stukje hoger.
Vincent Hoppezak vind langzaam zijn echte benen terug. Ik noemde hem vorige keer al een koers-kapitein en dat durf ik met gemak nog eens te herhalen. Vincent heeft de kwaliteiten om de boel in de koers te regelen. Toen hij in de eerste etappe voor de finale begon even bij de auto kwam keek ik bovendien in twee ogen die alweer een stuk beter stonden dan twee weken geleden: fris en scherp. Natuurlijk is er nog werk aan de winkel maar we zagen hem terug vooraan in de keiharde finale van de tweede etappe toen hij bij de slag zat. Daar waar hij hoort. Schrijf Vincent maar op voor de komende weken, die wordt elke koers beter nu.

Daan Hoole kan je altijd opschrijven als kandidaat winnaar en hij bevestigd die status ook regelmatig. Ik zeg niet dat Daan Hoole zonder lekke band de Engelsman die nu won geklopt had in de tweede etappe maar het is jammer dat hij er niet man tegen man om kon strijden. Maar zo is nou eenmaal de koers en dat zijn zijn eigen woorden. Derde in het eindklassement na de tweede plaats in Parijs-Roubaix vorige week is natuurlijk ook niets om over te klagen. Geen woord teveel hoor je van Daan na een teleurstelling. En waarom zou ie? Het is zoals het is. Gewoon goed, gewoon Hoole.

Stef Zeestraten was de pechvogel van het weekend. In de derde etappe in een afdaling(!) met je rug bovenop een stoeprand vallen is geen pretje. De beelden op Facebook waren allesbehalve prettig om te zien toen Stef daar kermend op de grond lag. Gelukkig heeft hij er niets aan overgehouden. Toch doodjammer die val, vooral omdat hij zich elke dag een beetje beter begon te voelen. Stef liet bovendien zien over een sterk karakter te beschikken door na – laat ik het netjes zeggen – een analyse na de eerste etappe die niet in zijn voordeel uitpakte, zich op te richten en ervan te leren. Stef is uit een sterk stukje wielerhout gesneden. Niet alleen zijn kop, maar ook zijn rug weten we na dit weekend.

Laat je niet foppen door Maikel Zijlaard. Achter die blonde krullen en dromerige blik schuilt een renner die altijd start met het mes tussen de tanden. Hoewel ook hij al weken sterk in de aandacht staat in en om het peloton, zoekt hij voor de koers niet de spotlights maar de luwte op. Ruis op de lijn wordt vakkundig geëlimineerd in dienst van zijn prestaties op de fiets. Want dat is wat telt. Zijn resultaten waren dan ook weer goed dit weekend. Een ultieme aanval op de leiderstrui in de laatste etappe mislukte net, maar hij kan best tevreden zijn. Zoeken naar Maikel hoefde je trouwens ook nooit. Zat hij niet op de fiets of aan tafel dan vond je hem op zijn bed. Altijd goed verzorgen, altijd denken aan de volgende dag. Dat hoef je hem allemaal niet te vertellen. Het enigste wat je moet doen is een muur vormen voor de ruis. In zo’n omgeving rendeert hij het beste want als het op hard fietsen aankomt zijn er wereldwijd op dit moment weinig Junioren beter.

Lennart Reijtenbach is onze spurtbom in hart en nieren. Niet alleen de sterke schouders en gespierde kuiten verraden dat, maar in alles zie je in hem een rappe man terug. Ooit weleens op het karakter van een sprinter gelet? Soms beetje last van dit of dat maar als ze wakker schieten zijn ze 100% als eerste bij de meet. Sprinters zijn in het hedendaagse wielrennen heel veel waard en dat is een mooie kans voor hem. Ontwikkelen is voor hem nu dus het belangrijkste en deze driedaagse paste mooi in dat plaatje. Hij kon nog niet in stelling worden gebracht voor een spurt, maar toonde wel karakter door zich in de derde heuvelrit terug te blijven vechten in de koers. Ook hij kan zeker tevreden zijn.

Al met al een paar hele leuke dagen, met speciale dank aan Ron, Thomas, Robbie, Daniel en Frans voor het vormen van een geweldig team. Elke dag stonden de fietsen en de auto weer glimmend klaar, was de verzorging top geregeld, waren de benen van de coureurs weer soepel, lagen aanvalsplannen klaar, vlogen de anekdotes over tafel hoefden de renners maar een ding te doen: koersen. En dat deden ze!

Woensdag 19 april zijn wij en deze renners (bijna) allemaal aanwezig in en rond de koers op RWC Ahoy. Wellicht tot dan!

Eén reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

tien − 7 =

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.